Geplaatst op

Werkt het ook in de praktijk?

Sinds 2013 heb ik een doel voor ogen, namelijk communicatie als schoolvak voor kinderen mogelijk maken. Mijn eigen verleden waarin ik beschadigd ben opgegroeid, mijn passie voor mijn vakgebied communicatie, de zorg voor mijn drie dochters en openstaan en luisteren naar praktijkverhalen vormde hiervoor de basis. Ik ben ervan overtuigd geraakt dat door kinderen te leren communiceren je daadwerkelijk preventief problemen kunt voorkomen en vroegtijdig in kaart brengen waardoor je escalatie kunt voorkomen. Lees hier meer over kinderen en communicatie.

Een ruim jaar en ongeveer 40 lobby afspraken verder kwam ik op enig moment tot de conclusie dat ik mijn droom moet parkeren. Simpelweg omdat ik weliswaar de feedback van kinderen krijg dat ze hier behoefte aan hebben maar niet doordring tot de mensen die hier besluiten over kunnen en mogen nemen.

Omdat ik inwoner van Zoetermeer ben en de gemeente Zoetermeer pretendeert dicht bij de burger te staan en innovatief te zijn, heb ik ook daar gelobbyd.

Via Social Media heb ik toenadering gezocht tot de gemeente Zoetermeer. Via de wethouder kwam ik aan tafel. De tone of voice was sterk gericht op: u denkt, u vindt en u doet ons tekort omdat u niet verder kijkt dan uw eigen concept.  Na wat over en weer getweet kreeg ik een naam tot wie ik mij moest wenden. Een aantal weken later ging ik vol goede moed het gesprek aan.

De eerste tien minuten verliepen redelijk maar toen mij werd gevraagd de aanleiding te benoemen en ik concreet 4 extreme voorbeelden benoemde binnen de gemeente Zoetermeer, nam het gesprek een ander wending. De jij vindt, jij scheert over 1 kam en jij doet de gehele jeugdzorg te kort nam de overhand. Ik heb getracht uit te leggen dat mijn grootste probleem zit in theoretische succesverhalen vs de horror van veel praktijkverhalen.

De reactie was dat tegenover mijn praktijkvoorbeelden er genoeg succesverhalen waren en ik maar eens moest praten met projectleider die en die of manager die en die. Op mijn vraag hoe toetsen jullie of de hulp voldoet, kreeg ik als antwoord op basis van cijfers. Ik vroeg specifiek: de doelgroep waar de hulp voor is bedoeld wordt buiten beschouwing gelaten dus? Hij antwoordde met ja.

Er werd mij wel even duidelijk gemaakt dat ik daar helemaal niet behoorde te zitten, want er werd niet meer met individuen gesproken. Ik mocht uiteraard wel mijn concept mailen dan zou hij kijken of er ooit iets mee kon doen.

Met een illusie armer en een vooroordeel bevestigd keerde ik huiswaarts. Mijn grote vraag blijft waarom is de overheid in het algemeen en de gemeente in het bijzonder zo huiverig om dat wat in theorie is bedacht te matchen met de praktijk? Ik snap daar helemaal niets van.